Ondanks nuttige verbetercyclus ziet Schone Kleren Campagne onvoldoende reden om zich aan te sluiten

Vandaag presenteert de SER het IMVO Convenant Duurzame Kleding en Textiel dat onder hun leiding tot stand is gekomen. Volgens Schone Kleren Campagne (SKC) kan dit initiatief er toe leiden dat Nederlandse bedrijven structureel aan de verbetering van de arbeidsomstandigheden in hun productieketens gaan werken maar de organisatie heeft ook kritiek. SKC is teleurgesteld over het gebrek aan concrete doelen, zoals het daadwerkelijk verhogen van lonen van kledingarbeiders. Daarnaast baart de afwezigheid van financiële onderbouwing en van structurele lokale controle SKC grote zorgen.

Winst ten opzichte van huidige praktijk
SKC is blij dat bedrijven die zich aansluiten bij het convenant verplicht zijn een gedetailleerde analyse te maken van de misstanden in hun productieketen en van de risico’s die zij lopen om mee te werken aan mensenrechtenschendingen in fabrieken waar hun kleding wordt gemaakt, zoals schending van het recht op leefbaar loon en het recht op vakbondsvrijheid. Op basis van deze analyse moeten bedrijven jaarlijks een verbeterplan opstellen en daarover rapporteren aan een speciaal daarvoor nog op te richten secretariaat. Dit is winst ten opzichte van de huidige praktijk, waarin veel bedrijven nauwelijks weet hebben van de omstandigheden waaronder hun kleding wordt gemaakt.

Papieren werkelijkheid?
De grote vraag is alleen: hoe weten we of de door bedrijven aangeleverde gegevens over hun keten en gerapporteerde verbeteringen ook echt waar zijn? Een structurele systematiek om ter plekke te controleren of de gegevens kloppen, ontbreekt in het convenant. Het secretariaat mag dit slechts ‘steekproefsgewijs’ controleren. Maar het is nog onduidelijk of dit nog op te richten secretariaat wel voldoende menskracht en middelen zal krijgen om zelfs deze minimale check te doen. Ronduit bevreemdend is namelijk dat convenantpartijen er voor hebben gekozen om geen begroting op te stellen of zelfs maar een indicatie te geven van de benodigde middelen, maar wel hebben afgesproken dat het convenant pas in werking zal treden als er over drie maanden voldoende financiering is.

Concrete resultaatafspraken ontbreken
Schone Kleren Campagne heeft zelf lang deelgenomen aan de onderhandelingen voor het convenant in de hoop tot een resultaat te komen waar de organisatie een handtekening onder had kunnen zetten. Groot struikelblok voor SKC is echter het feit dat er bij de andere convenantpartijen geen draagvlak was om concrete resultaatafspraken te maken over bijvoorbeeld leefbaar loon en vakbondsvrijheid. Zo heeft SKC voorgesteld dat bedrijven zich committeren om binnen vijf jaar het gat tussen het huidige loon van kledingarbeiders en een leefbaar loon te overbruggen, op een door de bedrijven zelf te kiezen manier. Dit commitment wilde de kledingbranche niet aangaan. Het is SKC een doorn in het oog dat modemerken sinds jaar en dag weigeren dit soort afspraken te maken en op basis daarvan concrete stappen zetten, waar de mensen op de werkvloer ook echt iets aan hebben.

Plan van aanpak 1.0
Naast de verbetercyclus is een groot deel van het convenant gereserveerd voor ‘gezamenlijke projecten’ van convenantpartijen. Dit deel van het convenant lijkt akelig veel op het ‘Plan van Aanpak verduurzaming Nederlandse textiel -en kledingsector 1.0’ dat de brancheverenigingen in juni 2013 met veel tromgeroffel presenteerden. Dit Plan zou volgens die branches snel tot concrete acties en verbeteringen gaan leiden. Twee-en-een-half jaar later is er van dit groots aangekondigde Plan nauwelijks iets uitgevoerd: de ondertekenende bedrijven waren niet geïnteresseerd in implementatie. Voor kledingarbeiders betekent dit dat de tijd twee-en-een-half jaar heeft stilgestaan. Dit soort vrijblijvende initiatieven werkt voor de arbeiders in de kledingindustrie niet.

Verbeteringen op de werkvloer zeer urgent
SKC roept convenantpartijen op ervoor te waken dat het convenant niet net als het Plan van Aanpak 1.0 uitloopt op een papieren feel good exercitie, zonder enig effect op de werkvloer. Hierdoor zou namelijk weer kostbare tijd worden verspild die gebruikt moet worden voor daadwerkelijke verbeteringen. Veel zal dus afhangen van de bereidheid van de kledingmerken serieus werk te maken van de voorgestelde verbetercyclus, en van de bereidheid van convenantpartijen om de bedrijven aan hun verbeterplannen te houden. SKC volgt daarom de ontwikkelingen rond het convenant met grote belangstelling.

Gerelateerd nieuws